Schaarste
Wegens de brandstofschaarste op zondag geen tramverkker meer.

Wegens de brandstofschaarste op zondag geen tramverkker meer.
Gemeenteraad van Zwolle :
In de vergadering van 14 October 1918 werd besloten aan de Dedemsvaartsche Stoomtramweg-Maatschappij, naar aanleiding van haar verzoek om financieelen steun, te berichten, dat de gemeente bereid was het verleenen van zoodanigen steun in overweging te nemen. Tot afgevaardigde naar de te houden vergadering van belanghebbenden werd benoemd de heer dr. H. Franssen. Op die vergadering, den 16 November te Zwolle gehouden, werd het voorstel gedaan, dat van de exploitatie-verliezen der maatschappij zou worden gedragen door het Rijk 50 pct., door de betrokken provincies, naar evenredigheid van het aantal K.M. spoorlijn binnen hun grenzen, in verband met andere omstandigheden 25 pct., en door de betrokken gemeenten, naar evenredigheid van hun belang in verband met het zielental en met het aantal K.M. spoorlijn binnen hun grenzen, eveneens 25 pct.
Op den grondslag van dit voorstel zouden de Overijsselsche gemeenten in elke f 1000 verlies te zamen f 118.75 moeten bijdragen, waarvan volgens een door den vertegenwoordiger van Gedep. Staten ontworpen schema zou komen voor rekening van: Zwolle f 17.81 1/2 , Zwollerkerspel f 2.37 1/2 , Staphorst f 2.37 1/2, Nieuwleueen f 7.12 1/2, Avereest f 41.56, Stad Hardenberg f 13.06, Ambt Hardenberg f 29.69, Gramsbergen f 4.75.
In een op 22 April ten gouvernementsgebouw gehouden vergadering is deze aangelegenheid nader besproken en zijn de vertegenwoordigers der gemeenten en der provincie tot overeenstemming gekomen omtrent een aan de gemeenteraden in te dienen voorstel op bovenvermelde basis. De Staten van Overijssel hadden in hun winterzitting reeds besloten een bijdrage te verleenen overeenkomstig het bovenaangegeven stelsel van verdeeling en wel a fonds perdu.
Het komt B. en W. voor, dat het door den vertegenwoordiger der provincie ontworpen schema inderdaad een bevredigende oplossing geeft voor het altijd eenigszins moeilijke vraagstuk van een verdeeling der lasten over de belanghebbende gemeenten. Zij meenen dan ook den raad in overweging te mogen geven, tot het verleenen van steun op dezen voet te besluiten, evenwel voorloopig voor de jaren 1917 en 1918. Blijkens de balans per 31 Dec. 1918 bedroeg het tekort op de exploitatie over de twee laatste jaren totaal f 110.000. Voor rekening van Zwolle zou derhalve komen 110 x f 17.81 1/2 = f 1959.65. B. en W. stellen derhalve voor, aan de Dedemevaarteche Stoomtramweg-Maatschappij als bijdrage a fonds perdu in de tekorten op de exploitatie over de jaren 1917 en 1918 toe te kennen een bedrag van f 1959.65, op voorwaarde dat door de andere belanghebbende gemeenten tezamen met Zwolle 25 pct. en door de betrokken provincies tezamen eveneens 25 pct. in bedoelde tekorten wordt bijgedragen.
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche courant. 14-5-1919
Prov. Staten van Drenthe
Een belangrijk gedeelte van de stoomtramwegen in het Zuiden en Oosten van Drenthe worden geexploiteerd door de Dedemsvaartsche Stoomtramwegmaatschappij. Het zijn de lijnen Coevorden-Klazienaveen-Ter Apel, Meppel-Balkbrug, Hoogeveen-Slagharen en Coevorden-Slagharen.
De maatschappij heeft 31 jaar lang op eigen beenen gestaan, zij heeft haar wegennet gebouwd, geexploiteerd, aanzienlijk uitgebreid, alles zonder belangrijken steun van overheidswege.
Door den oorlog is zij te gronde gericht. Het boekjaar 1916 sloot met een kleine winst. 1917 met een verlies van ƒ 12471 en in de eerste 6 maanden van 1918 leed zij een verlies van ongeveer ƒ 40000, Liquidatie was onvermijdelijk, tenzij afdoende hulp geboden werd. Het bestuur richtte zich tot den Minister van Waterstaat, die zich bereid verklaarde te bevorderen, dat door het Rijk worde bijgedragen 50 % van de door hem te bepalen exploitatie-verliezen der onderneming, zoolang de buitengewone omstandigheden voortduren, mits de overige 50 % door de streek worde gedragen. De Minister noodigde Ged. Staten uit mede te werken tot instandhouding van de onderneming. Naar aanleiding daarvan stellen zij zich in verbinding met hun ambtgenooten in de provinciën Overijssel en Groningen, waarin de overige lijnen der maatschappij gelegen zijn en stelden zij in de najaarszitting van 1918 voor aan de maatschappij een renteloos voorschot te verleenen van een zesde van het werkelijk verlies over de jaren 1917, 1918 en 1919 tot een maximum von ƒ 16000. Bij besluit van 17 December 1918 werd conform dit voorstel besloten.
Uit verschilende brieven van het bestuur der maatschappij en van Ged. Staten van Groningen is gebleken, dat door dit voorschot de maatschappij niet voldoende wordt geholpen. De gezamenlijke exploitatie-lengte der lijnen van de maatschappij is 139690 M.; waarvan in Drenthe 69,448 K.M. In een vergadering van vertegenwoordigers der Maatschapij en der betrokken provincies en gemeenten werd een plan tot steun voorgesteld, volgens hetwelk de 50 % der exploitatieverliezen, die volgens 's ministers voorstel door de betrokkenstreek moet worden gedragen, zou worden verdeeld naar evenredigheid van het aantal K.M. spoorlijn in verband met andere omstandigheden van belang.
De Provinciale Staten van Overijssel zijn hierop ingegaan bij hun besluit van 17 December 1918. De Ged. Staten van Groningen hebben zich blijkens hun voorstel aan de Staten insgelijks bij deze regeling aangesloten, Volgens dit plan zou Drenthe meer moeten bijdragen dan 1/6 gedeelte - doet het zulks niet, dan wordt het bestaande tekort niet geheel gedekt en vervallen ook de andere toezeggingen. Het totaal verlies, door de Maatschappij in 1917 en 1918 geleden, wordt door haar begroot op f 110000. Volgens bovengenoemde regeling zou het Rijk hiervan voor zijn rekening nemen ƒ 55000, de provincie Groningen ongeveer ƒ 1600, de provincie Overijsel (provinciale, en gemeentelijke kassen) ruim ƒ 25000, terwijl Drenthe zou moeten voorzien in ongeveer ƒ 28000, dus aanmerkelijk meer dan het in het Statenbesluit van 17 December gestelde maximum van f 16000.
Ged. Staten stellen voor de gevraagde bijdrage te verleenen, zulks in de eerste plaats om het groote belang, dat onze provincie heeft bij het in stand blijven van de tram wegen die door de maatschappij worden geëxploiteerd. Dat voor de maatschappij de meest dringende noodzakelijkheid bestaat, de gevraagde bijdrage te verkrijgen, blijkt duidelijk uit den brief van de heeren A. van Deventer en Zonen, bankiers te Zwolle, aan de maatschappij.
Voorts brengen zij nog onder de aandacht dat door de provincie voor de lijnen der Dedemsvaartsche Stoomtramwegmaatschappij het gedeelte Meppel-Balkbrug uitgezonderd - nooit eenig subsidie is gegeven. De meeste andere tramwegen in deze provincie zijn krachtig door provinciale subsidie gesteund.
Daar de maatschappij het meest gebaat zou zijn met een subsidie a fonds perdu en nóch Ket Rijk, nóch de provincie Overijssel, nóch Ged. Staten in Groningen tegen een steun in dezen vorm bezwaar hebben, stellen Ged Staten voor ook de subsidie van Drenthe op deze wijze te verleenen.
Het voorstel betreft enkel de verliezen, geleden over de jaren 1917 en 1918. Zoolang het verlies over 1919 niet bekend is, gaat het moeilijk de provincie nu reeds te verbinden daarin bij te dragen.
Provinciale Drentsche en Asser courant. 30-6-1919
Ged. staten van Drenthe :
Aan de Dedemsvaartsche Stoomtramwegmaatschappiji werd een subsidie verleend van 69448/139690 gedeelte van haar exploitatieverliezen geleden in de jaren 1917 en 1918 tot een maximum van f 28000, onder voorwaarde dat de Maatschappij aantoont, dat het overige gedeelte van de genoemde verhezen van andere zijde wordt gedekt en in het vertrouwen dat de Maatschappij medewerking zal verleenen ter verkrijging van een behoorlijke aansluiting van haar tramdienst met dien der Eerste Drentsche Stoomtramwegmaatschappij te Nieuw-Amsterdam en dat wanneer in de toekomst de winst een hooger dividend dan 3 pct. zou toelaten een deel van de meerdere winst aan de provincie wordt uitgekeerd, evenredig aan de toe te kennen provinciale subsidies.
Nieuwsblad van het Noorden. Groningen, 9-7-1919
Over de lage lonen en lange werktijden dreigt er een conflict tussen de Nederlandsche Vereeniging van spoor- en tramwegpersoneel en de directie van de D.S.M.
Woensdagmiddag vond een bespreking plaats tusschen vertegenwoordigers van het hoofdbestuur der Nederlandsche Vereeniging van spoor- en tramwegpersoneel met de directie der Dedemvaartsche Stoomtram Maatschappij, op wier uitdrukkelijk verjangen ook leden van het persoieel aanwezig waren.
Ten opzichte der geformuleerde voornaamste wenschen in zake loonsverhooging (er zijn nu nog loonen van f 14 minimum en de overigen zijn in overeenstemming hiermee) en invoering van de 48- resp. 45-urige werkweek (er worden nu nog diensttijden gemaakt van 13 en 14 uur en langer), deelde de directie mee, dat zij niet aan tegemoetkomong kon denken, zoolang de regeering geen financieelen steun hiervoor verleende, correspondentie hieromtrent was loopende.
De vertegenwoordigers der organisatie, hiermee niet tevreden, deden onder deze omstandigheden een uiterst bemiddelingsvoorstel, nl. om in afwachting der nadere beschikkingen en met handhaving inbeginsel der gestelde eischen een uitkeering ineens van f 100 aan elk van het personeel te verstrekken wegens den heerschenden achterstand in de gezinnen en den langen tijd dat men reeds heeft moeten wachten op verbetering der loonen. In den loop der volgende week zal de directie haar beslissing; hieromtrent bekend maken, waarna het hoofdbestuur in overleg met het personeel nader zijn standpunt in zake eventueele scherpere actie zal bepalen.
De tribune : soc. dem. weekblad. Amsterdam, 18-8-1919
Aanbod directie onvoldoende voor de bond :
De Nederlandsche Vereeniging van Spooren Tramwegpersoneel deelt ons het volgende mede: In verband met de door de Ned. Ver. van Spooren Tramwegpersoneel geformuleerde wensehen heeft de directie van de Dedemsvaartsche Stoomtram Maatschappij aan het personeel aangeboden een uitkeering in eens te doen aan ieder van f 100 onder de volgende voorwaarden:
1e. de huidige duurtetoeslag zou vervallen;
2e. al het personeel, georganiseerd of niet, moet in de f 100 deelen;
3e. georganiseerd personeel beneden den leeftijd van 21 jaar krijgt niets.
Door het Hoofdbestuur van de Ned. Ver. van Spoor- en Tramwegpersoneel is aan de directie bericht, dat in verband met de 1e en 3e voorwaarde deze maatregel absoluut onvoldoende is om een conflict te voorkomen, en in verband met een met het personeel te houden vergadering op een spoedige beslissing aangedrongen.
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche courant. 19-8-1919
Staking :
Namens het hoofdbestuur van de Ned. Ver. van Spoor- eu Tramwegpersoneel wordt ons het volgende gemeld:
Nadat, als gevolg van de in de vergadering van 24 Aug. j.l. genomen beslissing, door het hoofdbestuur der Ned. Ver. van Spoor- en Tramwegpersoneel aan de directie der D. S. M. was kenbaar gemaakt, dat bij volharding in het door de directie ingenomen standpunt een staking onvermijdelijk leek, en nogmaals door het bestuur der vakvereeniging te kennen was gegeven, dat men van die zijde gaarne bereid was mede te helpen langs minnelijken weg het conflict tot oplossing te brengen op de minimumvoorwaarde. dat aan ieder van het personeel een uit keering van f 100 zou worden gedaan in afwachting van de binnenkort te treffen nieuwe regeling der loonen en diensttijden, werd door de directie aan het hoofdbestuur der Ned. Ver. geantwoord, dat geen tegemoetkomend besluit in uitzicht kon worden gesteld.
Als gevolg hiervan had Zondag 7 Sept. een zeer druk bezochte vergadering van het personeel plaats, waarin doorde hoofdbestuursleden van Delft, en Joustra de stand van zaken uiteen werd gezet. Van de zijde van het bestuur werd er niet nadruk op gewezen, dat namens het personeel thans alle wegen waren bewandeld, om zonder staking een behoorlijke geldelijke tegemoetkoming te verkrijgen voor de groote achterstand, in de bezoldiging van het personeel dezer onderneming. Onder het personeel heerschte een verbitterde stemming, waarvoor de laatste dagen meerdere aanleiding gegeven was door het inhouden van den duurtetoeslag over Augustus.
De houding der directie werd geacht te zijn beinvloed door een onjuiste meening omtrentden geest van het personeei. De hoofdbestuurders wezen er op, dat de mogelijkheid niet uitgesloten was, dat de staking eenige weken zou duren, waarom ieder van het personeel in overweging werd gegeven daarmee goed rekening te houden, alvorens zijn stem te bepalen omtrent de kwestie of tot stopzetting van het bedrijf zou worden overgegaan.
Hierna werd schriftelijk gestemd, waarna bleek, dat met 122 tegen 3 stemmen ingaande 8 dezer, de door de houding der directie noodzakelijk geworden scherpere actie zal worden toegepast. Aan de directie is bereids ter kennis gebracht, dat het hoofdbestuur der Ned. Ver. ten allen tijde bereid is in overleg te treden omtrent de voorwaarden (aanmerkelijke verbetering der loonen en diensttijden) waarop het personeel geneigd is de arbeid te hervatten.
Zooals te verwachten was, heeft gistermorgen geen tram geloopen. Ook het geheele werkplaatspersoneel gaf geen gehoor aan het lang aangehouden waarschuwingssein op de stoomfluit, dat om 6 uur het aanvangsuur aankondigde.
Behalve de directeur, de hoofdboekhouder, de chef de bureau, de inspecteur, hoofdopzichter van den weg en de werkmeester, is niemand van het personeel in dienst. Laatstgenoemden beijverden zich den eersten dag der staking om een aantal wagens van plaats te doen veranderen. Naar het hoofdbestuur der Nederlandsche Vereeniging ons meedeelt, is de organisatie op een langen duur van de staking voorbereid. Maandagmorgen vergaderde het personeel der D. S. M. opnieuw, teneinde den stand van zaken onder de oogen te zien. Van alle stations werd medegedeeld, dat niemand aan het werk was gegaan, terwijl nog eenige personeelleden tot de Nederlandsche Vereeniging toetraden. Het ligt in de bedoeling dagelijks met het personeel te vergaderen en af en toe ook de vrouwen in afzonderlijke bijeenkomsten bijeen te roepen.
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche courant. 9-9-1919
Over de staking van het personeel der Dedemsvaartsche stoomtram wordt ons van werknemerszijde medegedeeld, dat het personeel uit 151 man bestaat, waarvan allen, uitgezonderd de vijf hoogste ambtenaren, aan de staking deelnemen. Alle chefs staken, uitgezonderd die van Meppel. Allen zijn goorganiseerd in de Nederlandsche Vereeniging van Spoor- en Tramwegpersoneel, uitgezonderd zes man, die bij St. Raphael zijn. Deze kregen machtiging tot staking omdat zij van geen invloed konden zijn, en de staking uit salarisoogpunt gebillijkt moest worden.
Nadat het stakingsbesluit Zondagavond te Dedemsvaart was gevallen met 122 stemmen voor, 3 tegen, 1 blanco - de andere beambten hadden allen dienst - werd er nadrukkelijk opgewezen, dat er geen sabotage mocht plaats vinden.
Het minimum loon bedraagt thans f 14 met duurbijslag van 1 week loon per maand ongeveer. Door de directie was een zeer ingewikkelde loonregeling voorgesteld, waarbij de lagere beambten slechts zeer weinig vooruitgingen. De directie bood aan f 100 uitkeering in eens, maar niet aan werknemers beneden 21 jaar, terwijl de duurtebijslag dan verviel. De duurtebijslag voor Juli en Augustus is nog niet uitgekeerd. Men vreest, dat deze twee nu van de uitkeering in eens zal worden afgetrokken.
Door de organisatie werd geeischt loon f 22 per week en achturigen arbeidsdag. Thans wordt gemiddeld 14 a 15 uur gewerkt. De directie wees den eisch van verkorten werktijd geheel af. Het N.V.V. heeft steun toegezegd. Op de gestelde eischen is door de directie alleen geantwoord, dat zij geen tegemoetkoming kon doen. Oorspronkelijk was de erkenning van de organisatie geweigerd. Later werd goed gevonden, dat het bestuur in tegenwoordigheid van de beambten de zaak toelichten zou.
Gisteren kwam te Zwolle aan een locomotief met twee losse wagons, vervoerd door den chef van tractie met den directeur en een hoofdambtenaar. De wissel waar men eerst doorgereden was, stond op "half" toen men terugkwam. Eenige meters ervoor stopte de machine en de chef van tractie riep: "heeren stakers saboteeren niet."
Algemeen Handelsblad. Amsterdam, 9-9-1919
Sabotage gasvoorziening ? :
Het hoofdbestuur van de Nederlandsche Vereeniging van Spoor- en Tramwegpersoneel deelt het volgende mede: De Directie der D. S. M. heeft onder het betrokken publiek een mededeeling gelanceerd, dat van de zijde der stakers sabotage is gepleegd aan de gasinstallatie, die gedeeltelijk in de lichtvoorziening te Dedemsvaart (dorp) voorziet.
Het hoofdbestuur der Nederlandsche Vereeniging maakt daartegenover het volgende bekend: De gasinstallatie der D. S. M. kan slechts door twee verantwoordelijke personeelleden worden bediend, waarvan vast staat, dat zij de afgesloten gasinrichting tijdens den duur der staking niet hebben aangeraakt. De werkmeester voor het bedrijf die in alle opzichten de staking tracht te breken, heeft zich den laatsten tijd met het gasbedrijf bezig gehouden en het is lang niet onmogelijk, dat verkeerde behandeling de gasinstallatie heeft geschaad.
Thans doet hij in verband met het defect der gasfabriek pogingen om onder het belanghebbende publiek de stemming tegen de stakers te doen keren. Het is echter voldoende bekend, dat van de zijde der stakingleiders nog voor het conflict tegen handtastelijkheid in welken vorm ook gewaarschuwd, is en dat de stakers zich daarnaar voorbeeldig gedragen.
De tribune : soc. dem. weekblad. Amsterdam, 17-9-1919
Bemiddeling al voorbij voordat begonnen is :
Door den burgemeester van Nieuwleusen, een der gemeenten, welke door de staking bij de D. S. M. zeer gedupeerd zijn, is aan de directie der D. S. M. en aan het hoofdbestuur der Ned. Ver. van Spoor- en Tramwegpersoneel zijn bemiddeling aangeboden in het bestaande conflict.
Het hoofdbestuur der Ned. Ver. heeft deze bemiddeling aanvaard, de directie der D. S. M. evenwel antwoordde, dat zij wel gebruik wenschte te maken van de bemiddeling, doch meende dat een grond, waarop met vrucht bemiddelingspogingen worden ondernomen, niet bestaat.
In verband met dit bij de directie aanwezige vooroordeel, dat een fiasco der bemiddelingspogingen voorspelt, heeft de burgemeester gemeend geen verdere stappen, te moeten doen. Voorloopig zal de betrokken streek het dus nog zonder tram moeten stellen.
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche courant. 19-9-1919
Staking voorbij :
AVEREEST, 28 Sept. De staking bij de Dedemsvaartsche Stoomtramwegmaatschappij wordt opgeheven. Het personeel gaat morgen, Maandag, weer aan den arbeid, doch in verband met de voorbereidende werkzaamheden kan de tram niet voor Dinsdag 30 September den dienst hervatten.
De Maatschappij moet zich belangrijke financieele opofferingen ten bate van het personeel getroosten. Door den directeur, den heer G. van Asselt, het comite uit de streek: de hh. B. Ruys en R. Kapinga en het hoofdbestuur der Ned. Vereen. van Spoor- en Tramwegpersoneel de hh. P. Moltmaker en Nathans, zijn de voorwaarden geteekend, waarop de staking wordt opgeheven.
Wij laten deze hier volgen:
1. De nog uit te betalen bedragen van den duurtetoeslag met inbegrip van het bedrag voor Augustus zullen worden uitbetaald.
2. Uiterlijk 4 October 1919 wordt aan ieder van het personeel van 18 jaar en ouder, een bedrag van f 100 per hoofd uitgekeerd.
3. Ingaande 1 Januari 1920 of zooveel eerder, als de door den Minister van Waterstaat aan de Maatschappij opgegeven loonregeling zal worden doorgevoerd, wordt door de Directie een nieuwe loonregeling ingevoerd, gebaseerd op een grondloon van f 19.25 per week, waarbij binnen de grenzen van het maximum komen evenveel periodieke verhoogingen als de betrokkenen dienstjaren hebben. Aan deze regeling wordt terugwerkende kracht verleend vanaf 1 Juli 1919. De loonen der ambtenaren worden in ongeveer gelijke verhouding verhoogd als die van de beambten en werklieden.
4. Uitbetaling van den huidigen duurtetoeslag wordt bestendigd totdat de nieuwe loonregeling in werking treedt.
5. Het personeel beneden den 18jarigen leeftijd ontvangt een uitkeering ineens van f 25.
6. Rancune-maatregelen worden niet toegepast.
7. Omtrent verkorting der diensttijden zal de Directie overleg plegen met het hoofdbestuur der Ned. Vereen, van Spoor- en Tramwegpersoneel.
8. Eveneens zal zulks geschieden omtrent alle aangelegenheden, de arbeidsvoorwaarden van het personeel rakende.
9. Het bedrag van f 100 resp. f 25, bedoeld sub 2 en 5, komt niet in mindering van het bedrag van de terugwerkende kracht der nieuwe loonregeling.
Voor den tijd der staking worden geen loonen vergoed.
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche courant. 29-9-1919
Gedurende het conflict verschijnen er verschillende ingezonden brieven in de couranten :
11-9-1919 Directeur DSM, G van Asselt
13-9-1919 Ned. Ver. van Spoor- en Tramwegpersoneel, Joustra
16-9-1919 Directeur DSM, G van Asselt
13-9-1919 Ned. Ver. van Spoor- en Tramwegpersoneel, Kanne
22-9-1919 Ned. Ver. van Spoor- en Tramwegpersoneel, Joustra
De Zwolsche Vereeniging voor Handel en Industrie hield op Donderdagavond 11 December een ledenvergadering. De voorzitter, de heer R. Kapinga, besprak de toestand van de afgelopen jaren en de DSM werden besproken.
De voorzitter deelt nog mee, dat hij met den heer Ruys, voorzitter der Kamer van Koophandel te Coevorden, een onderhoud heeft gehad met den Minister over de noodzakelijkheid van het voortbestaan der Dedemsvaartsche Stoomtram. Het gevaar was groot dat die werd stop gezet, terwijl het voortbestaan een eerste vereischte is voor de betrokken gemeenten aan die lijn gelegen. Het resultaat van dat onderhoud was, dat de Minister verklaard heeft ter voorziening in het dure kolenverbruik een toeslag van f 140 per wagon kolen ten behoeve der tram te zullen geven; dat blijkt echter nog niet voldoende te zijn, in aanmerking nemende de hooge arbeidsloonen, zou de tram nog niet kunnen rendeeren. De directie blijkt daarbij enkel het belang van aandeelhouders in het oog te houden, zonder dat van het reizend publiek ook maar eenigszins in aanmerking te doen komen. Zoo was het voornemen het personenvervoer aanmerkelijk in te krimpen en meer op het goederenvervoer toe te leggen, als zijnde het meest rendabel.
...
Te Coevorden is door twee bestuurleden een vergadering bijgewoond, die ten doel had het opheffen van werkstaking aan de Dedemsvaartsche Stoomtram, dat met succes bekroond werd.
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche courant. 13-12-1919
Naar wij vernemen, is door directie en commissarissen der Dedemsvaartsche stoomtramwegmaatschappij besloten, den dienst voor het personenvervoer met 1 Jan. aanmerkelijk in te krimpen, hetgeen gepaard zal gaan met vermindering van personeel.
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche courant. 22-11-1919
DEDEMSVAART, 27 Nov. Zooals wij reeds meedeelden, is besloten, dat de dienst der Dedemsvaartsche stoomtram aanmerkelijk zal worden ingekrompen. Door den directeur is van dezen maatregel kennis gegeven aan het publiek in de volgende circulaire:
"Op 1 Januari 1920 zal de dienst veel worden ingekrompen en een aantal uwer leden zal moeten ontslagen worden. Het is mogelijk, dat deze stap slechts een eerste in de thans ingeslagen richting is en dat de omstandigheden welke er toe gedwongen hebben dezen stap te doen, nog zullen dwingen tot het nemen van veel verder strekkende maatregelen, wellicht tot stopzetten door de Maatschappij van het geheele bedrijf zullen leiden.
Ik meen dit voor u niet te mogen verzwijgen maar integendeel u er op te moeten wijzen, dat de mogelijkheid van bestaan van het bedrijf der Maatschappij onder de tegenwoordige en te verwachten toekomstige omstandigheden uitgesloten moet geacht worden, en, dat niet alleen geen zekerheid, maar, voor zoover ik kan nagaan, thans ook geen waarschijnlijkheid bestaat dat een ander lichaam bereid zal gevonden worden om de taak der Maatschappij met de daaraan verbonden rechen en verplichtingen over te nemen.
Niettegenstaande de lijnen van de Dedemsvaartsche Stoomtramweg-Maatschappij voor deze streken een levensbehoefte zijn, ik durf te zeggen onmogelijk door haar kunnen gemist worden, schijnt het tooh, dat het oogonblik niet ver meer is, dat de omstandigheden allee overheerschend zullen worden en dit verkeersmiddel zal moeten verdwijnen. Ik zie althans, tenzij bij de regeering en sommige andere autoriteiten in velerlei opzichten andere opvattingen naar voren komen dan thans blijkbaar bestaan, geen andere uitkomst.
Het bestuur der Maatschappij is dan ook tot de overtuiging gekomen, dat het bedrijf niet op den ouden voet kan worden voortgezet maar, het wil opnieuw al het mogelijke doen om de zaak zoo lang mogelijk drijvende te houden, in de hoop, dat de tijd raad brengt en de toekomst misschien toch beter zal blijken, dan nu kan verwacht worden.
Daarvoor moeten echter sommige belangen thans worden opgeofferd en dan nog is het een vraag, of die poging zal slagen. Voor een deel heeft het personeel dat in de hand, door alle krachten in te spannen en geen moeite te ontzien om van zijn werk te maken, wat er mogelijkerwijze van te maken is, zoowel voor het publiek als voor de Maatschappij.
Mede in uw eigen belang, doe ik daartoe een beroep op uw volle medewerking."
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche courant. 28-11-1919
ZWOLLE, 2-9 Dec. In de heden alhier gehouden Vergadering van het comite uit de streek gelegen langs den Dedemsvaartschen Stoomtramweg, onder presidium van den heer B. Ruys te Avereest, waren voorts aanwezig R. Kapinga. wethouder van Zwolle, secretaris, de h.h. burgemeesters van Avereest, Ambt Hardenberg en Gramsbergen en het lid van Prov. Staten van Drenthe, de heer Ogterop te Hoogeveem.
Laatstgenoemde deelde mede, dat Gedep. Staten van Groningen, Drenthe en Overijssel voornemens zijn een conferentie te houden met den minister van waterstaat en de directie van de Dedemsvaartsche Stoomtramweg-maatschappij, in verband met den toestand dor maatschappij met het oog op do betrokken streek. Pogingen om inkrimping van den dienst op de D. S. M. te beperken, leden tot nog toe schipbreuk.
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche courant. 29-12-1919
De heer Bonne Ruijs is oprichter van kwekerij Moerheim en lid Provinciale Staten van Overijssel.
Was het jaar 1919 over het algemeen voor landbouw, handel en industrie in onze provincie niet ongunstig, voor de Verkeersmiddelen, speciaal voor de Dedemsvaartsche Stoomtram ziet de toekomst er somber uit, zelfs zoo, dat een aanmerkelijke inkrimping van den dienst is aangekondigd. Voor de belangen van een op andere wijze moeilijk te bereiken streek is het te hopen, dat deze Mij. den crisistijd het hoofd zal weten te bieden.
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche courant. 31-12-1919